Bloemen langs de weg

Steunpunt migranten met een visuele beperking

Algemene informatie over Iran

Voor de revolutie in 1979 heette Iran Perzië en was het een keizerrijk met een sjah aan het hoofd. Toen in 1979 de laatste sjah, Mohammad Reza Pahlavi, naar het buitenland vluchtte, was de islamitische republiek een feit.

Al in 1977 kwamen studenten in opstand tegen het dictatoriale, westers gerichte regime van de sjah. Hun aanhang breidde zich uit met leden van de verboden partijen, intellectuelen, middenstanders en geestelijken. In 1978 probeerde de sjah met enkele maatregelen het tij te keren. Hij voerde de Iraanse kalender weer in en hij schafte het eenpartijstelsel af. Zo kregen felle tegenstanders van het bewind van de sjah de kans zich te organiseren. Zij richtten de Islamitische Revolutionaire Partij op (IRP).

De maatregelen van de sjah kwamen te laat. De protesten hielden aan en breidden zich uit. In september 1978 was er een grote demonstratie in Teheran die hardhandig door de troepen van de sjah werd neergeslagen. Er vielen honderden doden. Het protest groeide en op 16 januari 1979 vluchtte de sjah met zijn familie en met een zakje Perzische aarde in zijn bagage naar Egypte.

Op 1 februari van datzelfde jaar keerde ayatollah Ruhollah Khomeini na een ballingschap van vijftien jaar terug naar zijn vaderland. Hij beschouwde zichzelf als een opvolger van de imams en hij wilde zijn gelovigen leiden. Aanvankelijk wist Khomeini de bevolking te boeien met een anti-Amerikaanse en anti-dictatoriale houding. Hij preekte de vrijheid voor iedereen. In april gingen de bewoners van Iran naar de stembus. Ze konden kiezen tussen de monarchie of de islamitische republiek. Ze kozen massaal voor de laatste regeringsvorm. In augustus werd de grondwet aangenomen door het parlement die gebaseerd is op de wetten van de islam. Een nieuwe dictatuur was geboren.